zaterdag 11 februari 2023

GR5 van Kanne naar Visé

 24 januari 2023


start: auto geparkeerd bij station in Visé, trein naar Maastricht, bus 45 naar Kanne
etappe: van Kanne naar Visé
GR5 kilometers: 23,4
totaal kilometers: 23,5
kilometers op de GR5: 260

Bij het opstaan zien we dat het wit uit het landschap steeds meer verdwijnt. De bedolven tafel voor de deur van ons Witte Huisje wordt steeds minder wit. Toch is het landschap in Voeren en omgeving nog steeds bedekt met een laag wit, terwijl in Visé nog nauwelijks sneeuw te bekennen valt. In deze plaats parkeren we de auto. Het kost nog even moeite om een plekje te bemachtigen op het enorme parkeerterrein. Blijkbaar zijn wij niet de enigen. Het is natuurlijk ook een gewone werkdag. Het zoeken zorgt ervoor dat we in een sprint naar het perron moeten. De trein brengt ons in een kwartier naar het station van Maastricht. De bus naar Kanne vertrekt pas over 45 minuten helaas. Nou ja, dat geeft ons mooi de gelegenheid om hier ons startbakkie al te scoren. Het Douwe Egberts Café Maastricht is hier een prima plek voor. Even na 10.00 uur rijdt bus 45 ons in zo'n 20 minuten naar halte Plaats in Kanne. We kunnen weer aan de wandel. 

Zo'n 300 meter bij de brug over het Albertkanaal kunnen we de route weer oppikken. Gisteren zagen we de witte spijlen van deze brug al hoog vanaf de Sint Pietersberg liggen. Tof om er nu overheen te lopen. Nog even een startfilmpje en -selfie gemaakt en hop, naar de overkant. 

Hier staan langs de weg stellingen met kastanjechampignons. Via wat informatiesites over de omgeving had ik al gelezen dat de grotten hier een perfecte plek zijn om deze paddenstoelen te kweken. Leuk om nu te zien dat dat dus inderdaad gebeurt. 




We verlaten de verharde weg. Via modderige paadjes lopen we achter huizen langs. Eben Emael kan al worden afgestreept. In het even verder gelegen Eben Ezer is een monument te vinden dat we in alle fotoverslagen over de GR5 tegenkomen. Een toren die in Fantasyverhalen niet zou misstaan.  Op de kantelen van elke hoektoren staat een enorm beeld dat een gevleugelde cherubijn voorstelt dat de apocalyps aankondigt. In het noordwesten is dat de stier, in het zuidwesten de mens in Sfynxvorm, in het noordoosten de adelaar en op de overgebleven hoek de leeuw. Echt mooi vinden we het niet, maar bijzonder is het natuurlijk. 


Voor het eerst vandaag moet er, nog maar een beetje, hoor, geklommen worden. Vanaf het plateau is er een weids uitzicht, links in de verte liggen wat dorpjes, rechts achter ons industrie van een afgraving. Met een lus wordt de daling weer ingezet naar Wonck, waar we over een smal pad een riviertje een stuk volgen. Heerlijk vinden we dit soort paadjes, onverhard, achter elkaar aan stappend, want om naast elkaar te lopen is het te smal, langs een stromend watertje af en toe op- en neergaand. We houden ervan. 

Aan de overkant van de N619 lopen we een volgend plateau op. Hier wordt het echt aanmodderen. Bijna drie kilometer lang ploeteren we door velden met door modder onherkenbaar gewassen. Het pad is niet begaanbaar. Brede banden sporen hebben het in een grote modderpoel veranderd. Met zompige geluiden banen we ons een weg. Regelmatig glijden we weg of komen we bijna vast te zitten. De eerste kilometer zijn we vooral verbaasd en moeten we regelmatig grinniken om ons geworstel. Daarna zwoegen we in stilte door. Ach, het heeft wel wat natuurlijk, maar toch zijn we blij als we na drie kilometer weer harde grond onder onze voeten hebben. Nu bekruipt ons echter een beetje een unheimisch gevoel. Een helikopter cirkelt rondjes boven ons. De omgeving is verlaten. Juist op dit moment passeren we restanten van een enorme boerenhoeve. Alleen de muren staan nog overeind. De natuur heeft een verwoede poging gedaan het vast eens mooie gebouw in te nemen. Het zou een prima decor voor een spannende film zijn. 



Gelukkig komt er weer snel wat bebouwing op ons pad. Opnieuw kruisen we een N-weg om daarna aan het laatste klimmetje van de dag te beginnen. Hoewel, echt klimmen mag het niet worden genoemd. In totaal krijgen we vandaag 273 hoogtemeters voor onze kiezen. Prima te doen dus. 
In Heure le Romain krijgen we als GR5 wandelaars speciale aandacht in de vorm van een informatiebord. Altijd leuk natuurlijk. 

In de verte doemt een stad met behoorlijke afmetingen op. Altijd tof om een plaats van bovenaf te zien. Visé, of Wezet zoals de Vlaamse naam van de plaats luidt, ligt twee bruggen verder. Voor we de eerste brug oversteken, slaan we wat boodschappen in bij de Lidl in Harcourt. De bewuste brug blijkt over het Albertkanaal te liggen. Ha, bij een andere brug over ditzelfde kanaal startte vanochtend deze etappe. Twee enorme aken varen langs ons. In de verte rijdt een trein over een enorme spoorbrug. Langs de kade lopend komen we bij de jachthaven van Visé. Een tussenkanaal verbindt hier het Albertkanaal met de Maas. Dit is een sfeervol stukje door de mooie optrekjes langs de kade en de gezelligheid in de bomen op een soort schiereiland in de rivier. Tientallen aalscholvers hebben hier een plek gevonden. 



Een stenen boogbrug overspant de rivier. Direct aan de overkant ligt het station waar wij vanochtend de trein namen. De scholen zijn net uit, dus op straat is het een drukste van jewelste. Visé blijkt een stuk groter dan wij vanochtend hadden ingeschat. 

Na ruim 23 kilometer zijn we, met baggerschoenen en broeken vol modderspatten, terug bij de auto. Het Vlaamse traject is volledig afgestapt. Boekje Vlaanderen kan thuis de kast in. Op naar de Ardennen. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten